, [], Whether the object of faith can be something seen?
Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Jezus zeide tot hem: Omdat gij Mij gezien hebt, Thomas, zo hebt gij geloofd; [49]zalig [zijn zij], die niet zullen gezien hebben en [nochtans] zullen geloofd hebben. 49. Dat is, immers zo zalig; omdat zij door het woord, zonder gezien te hebben, geloven, hetwelk met de natuur des geloofs beter overeenkomt. Zie Hebr.11:1; 1 Petr.1:*.